Vertaal
Naar andere talen: • se croiser > DEse croiser > ENse croiser > ES
Vertalingen se croiser FR>NL
[səkʀwaze]

1 se couper - elkaar kruisen

  'Les chemins se croisent à cet endroit.'
  De wegen kruisen elkaar op deze plaats.


2 passer l'un à côté de l'autre - elkaar tegenkomen

  'deux voitures qui se croisent'
  twee auto's die elkaar tegemoetkomen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
se croiser (ww.) voorbijlopen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `se croiser`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: passer devant